Avontuur in Peru betekent Machu Picchu. Het bezoeken van deze prachtige heilige plaats is een droom voor velen, wat leidt tot een wildgroei aan begeleide tochten met steeds langere boekingstermijnen. De Salkantay trektocht biedt echter een alternatief: 95 kilometer oude Inca-paden op eigen gelegenheid verkennen, met als hoogtepunt een bezoek aan de legendarische 'verloren stad'.

Deze trektocht is verdeeld in vijf etappes door de Peruaanse Andes, schilderachtige valleien en alpenweiden. Een schitterende bergpas en weelderige regenwoudvegetatie staan ook op het programma.

De route is pittig vanwege het hoogteverschil en de grote hoogte, vooral in de tweede etappe, maar de paden zijn niet technisch. De route is daarom voor iedereen toegankelijk, mits je over een goede fysieke conditie beschikt.

De Salkantay trektocht is vooral bekend vanwege de passage over de Abra Salkantay, een pas op een hoogte van 4.630 meter, op een steenworp afstand van de gelijknamige bergtop. De inheemse bevolking heeft de berg de bijnaam "Apu Salkantay" gegeven, de onoverwinnelijke berg. De grote bergen worden "Apu" genoemd in het Quechua, een term die de hogere geesten aanduidt. De Salkantay is een plek waar de lokale bevolking goddelijke bescherming zoekt. Maar wat het avontuur nog indrukwekkender maakt, is de diversiteit van de landschappen: van hoge bergen tot alpenweiden, jungle en koffie- en bananenplantages. Een waar natuurspektakel!

Vanwege de hoogteverschillen en de verscheidenheid van het terrein raad ik je aan om kleding mee te nemen die geschikt is voor zowel hoge als lage temperaturen. Het kampeerterrein van Soraypampa en de Salkantay pas kan erg koud zijn, met temperaturen onder nul 's nachts. De rest van de trektocht is warmer. Ik raad je ook aan om stevig schoeisel en een verbanddoos mee te nemen. Neem lichte snacks mee, zoals energierepen. Er zijn verschillende fonteinen langs de route waar je je waterfles kunt vullen. Vanwege de wilde dieren en het vee in de omgeving raad ik je echter aan om het water te zuiveren voordat je het drinkt. Machu Picchu wordt meestal bij zonsopgang beklommen, in het donker, dus je hebt een hoofdlamp nodig.

Je kunt deze trektocht het hele jaar door doen, maar de beste tijd is van mei tot oktober, tijdens het droge seizoen. Het regent dan minder vaak en de lucht is vaak prachtig blauw. Houd er wel rekening mee dat de nachten fris kunnen zijn. Voor accommodatie hoef je niet veel te organiseren. De eenvoudigste en goedkoopste oplossing is om een tent en slaapzak mee te nemen, die je in Cusco kunt huren. Elke etappe eindigt in een klein dorpje met veel kampeermogelijkheden.

Om bij de start te komen, neem je een "colectivo". Deze lokale minibusjes rijden in ongeveer drie uur van Cusco naar Mollepata. Je kunt het beste vroeg in de ochtend vertrekken, zodat je dezelfde dag nog aan de trekking kunt beginnen. Om terug te keren, volg je de route van etappe 4 in tegenovergestelde richting tot aan Hidroeléctrica. Daar kun je een colectivo rechtstreeks naar Cusco nemen.

Een belangrijke tip: omdat de route door hooggelegen gebieden gaat, moet je niet vergeten cocabladeren te kopen om op te kauwen. Deze zijn overal verkrijgbaar in Peru en helpen goed tegen hoogteziekte.

Geniet van je wandeling! Of, zoals de Quechuas zeggen, allin purina!