Raadhuis De Rijp

De Rijp werd gesticht aan het einde van de dertiende eeuw. De plaatsnaam betekent 'oeverrand', De Rijp is ontstaan op het zuidelijke deel van de dijk rond Schermereiland. De plaats was zeer welvarend in de 17e, 18e en 19e eeuw, dankzij de walvisvangst, de haringvisserij en de verwerking van hennep.

Het stadhuis is in 1630 ontworpen door Leeghwater. Het overleefde de brand van 6 en 7 januari 1654.
In dit gemeentehuis liep ook het risico. Op de begane grond bevindt zich nog een weegvoorziening (De Waag), waar vroeger vee en producten uit de landbouw en industrie werden gewogen.
Op de eerste verdieping bevinden zich de raadszaal, de burgemeesterskamer en de secretaris.

Haringvissen
De haringvisserij ('de grote visserij') was een sterk gereguleerd bedrijf. In het Noorderkwartier was alleen de gemeente Enkhuizen lid van het College van Grote Visserij. Van de totale Noord-Hollandse haringvloot was circa 25% tot 30% in handen van Rijpersche rederijen, de overige reders uit Enkhuizen. De gevangen haring mocht in De Rijp niet worden verpakt voor export (haringbakkerij); dit moest in Enkhuizen gebeuren.

De haringvisserij was geen fulltime bezigheid: de vissers kregen er maar drie of vier maanden per jaar werk van. De overige maanden stonden vaak in het teken van de visserij op de binnenmeren (zoals Schermeer, Starnmeer en Beemster). Toen deze aan de grond waren, verdween deze mogelijkheid en nam ook het aantal Rijper-bemanningsleden op de haringvloot af. Door deze landaanwinningen verdween ook de directe verbinding met de Zuiderzee.

De laatste haringboot voer in 1888 uit.

De Rijp werd eind dertiende eeuw gesticht.De plaats was in de 17e, 18e en 19e eeuw zeer welvarend, dankzij walvisvaart,

De Rijp is leuk om te zien en goed voor een natje en een droogje