De Boarn

Coopersburg was een bejaardentehuis in Akkrum, Nederlandse provincie Friesland, opgericht in 1900 door Folkert Harmens. Folkert was een zoon van Willem Harmens Kuiper en IJtje Rommerts de Vries, beiden trouwe leden van de doopsgezinde gemeente Akkrum. Ze waren vrij arm en hadden een groot gezin. Dus besloot de zoon Folkert Harmens Kuiper op 23-jarige leeftijd om naar Amerika te emigreren, zoals velen uit Friesland in de tweede helft van de 19e eeuw. In de Verenigde Staten had hij aanvankelijk een aantal zeer moeilijke jaren, maar daarna verdiende hij een fortuin in het bedrijfsleven, eerst met een drogisterij in Peoria, Illinois, en vervolgens met het runnen van grote bedrijven in Chicago en New York, die hij uiteindelijk particuliere eigenaren werd. Hij veranderde zijn naam in Cooper. Het duurde niet lang voordat hij rijk was. Hij is zijn ouders niet vergeten. Zodra hij geld kon verdienen, stuurde hij iets naar zijn ouders en familie, eerst een beetje en al snel meer. Ook bezocht hij zijn vader, die in 1897 op 94-jarige leeftijd overleed. Zijn moeder was kort na zijn emigratie vroeg overleden. Zelf bracht Cooper zijn laatste jaren door in zijn geboorteland en stierf op 31 december 1904 in Akkrum. In 1900 stichtte hij het Bejaardentehuis Coopersburg ter nagedachtenis aan zijn ouders, zoals het Friese opschrift op de hoekstenen luidt. Het huis bevatte 22 kleine huisjes speciaal ontworpen voor echtparen van 60 jaar en ouder. Ze hadden hun eigen woonruimte en ook een kleine keuken om hun maaltijden te bereiden. Ook kregen de bewoners een geldbedrag. Het huis was niet beperkt tot doopsgezinden, hoewel doopsgezinden voorrang hadden. De stichting werd bestuurd door een bestuur waarin onder meer de doopsgezinde predikant van Akkrum zat.