Cabourg

Tot het midden van de 19e eeuw was Cabourg een klein vissersdorpje. In de jaren 1850 ontwikkelde Henri Durand-Morimbau, een financier uit Parijs, het plan om naast de ‘oude’ stad een ‘moderne’ badplaats te bouwen. Hij richtte een bedrijf op dat de stranden opkocht. Namens de vereniging ontwierp Paul Leroux, een jonge architect uit Caen, het plan voor de stad Cabourg-les-Bains. Het eerste casino werd gebouwd in 1854, het eerste Grand Hotel volgde in 1861. De stad heeft tot op de dag van vandaag zijn halfronde indeling in het centrum behouden; straten die zich stervormig uitstrekken vanaf de Jardins du Casino zijn omzoomd met gebouwensembles het Tweede Keizerrijk en de Belle Époque.

Deze mondaine en kunstzinnige badplaats is onlosmakelijk verbonden met Balbec, het "literaire pseudoniem" dat Marcel Proust aan Cabourg gaf. De plek lijks sindsdien niet veranderd. Het Grand-Hôtel, dat op de ereplaats prijkt, is nog exact zoals de auteur het beschreef in zijn roman, de zeedijk blijft de geliefkoosde promenade van zwemmers en bezoekers, en de belle-epoquevilla's staan nog steeds aan de avenues. Deze heerlijke sfeer van vroeger belet de stad echter niet om bezoekers te ontvangen met alle voorzieningen van een 21ste-eeuwse badplaats.

Les Jardins du Casino is het stedelijke centrum van Cabourg-les-Bains, dat zich uitstrekt in verschillende concentrische maansikkels, zoals ontworpen door de planner Paul Leroux, een jonge architect uit Caen, in het midden van de 19e eeuw.