Cheesden Lumb Mill

Gebouwd in 1786, werd het aanvankelijk door John Kay gerund als volmolen. Dit is de procedure waarbij wollen stoffen mechanisch worden geslagen door grote houten hamers, aangedreven door een waterrad. Hierdoor kunnen de wolvezels aan elkaar worden gekoppeld, terwijl tegelijkertijd overtollig haar en vet uit de stof worden verdreven.

In 1809 weten we dat de molen werd gebruikt om een hele reeks textielbewerkingen uit te voeren. In een advertentie in de Manchester Mercury wordt de molen ter veiling aangeboden en wordt de inhoud ervan beschreven. Deze omvatten een kaardmachine (gebruikt om een wollen vacht klaar te maken voor het spinnen), een 'billy' (een verbeterde vorm van een Spinning Jenny), een 'teaser' (een ronde trommel bedekt met koppen van de stekelige kaardebolbloem om de textuur te verbeteren van het doek door zijn dutje op te tillen) en een blauwhuis (waar het doek werd opgehangen en de zwaveldioxidedampen van een zwavelkachel het zouden bleken).

Ruïnes van de houtmolen, Cheesden Valley

Het pad was erg drassig.