Kendlmühlfilzen

De Kendlmühlfilzen is een hoogveengebied.
Het is ontstaan uit de dichtslibbingszone van de voorheen veel grotere Chiemsee en is het grootste aaneengesloten hoogveen in Beieren. De veenlaag had een dikte van zeven tot acht meter bereikt. In de afgelopen eeuwen werd dit veen vooral door boeren gebruikt voor het verkrijgen van strooisel en verwarmingsmateriaal. Vanaf het midden van de 19e eeuw werd er ook industrieel turf gewonnen. Op de lijn Rosenheim – Salzburg in Rottau werd in 1920 een turfstation gebouwd. De gevangenen van de penitentiaire inrichting Bernau werden ingezet als turfwerkers. In de jaren '70 en '80 werden vervolgens grote stukken molenveen gewonnen voor de productie van potgrond. Met het burgerinitiatief Rettet die Kendlmühlfilzen hebben bewoners en milieuverenigingen de vernietiging van de heide bestreden. Na decennia van twisten stopte de winning van molenveen in 1988 en werd het in 1992 aangewezen als natuurgebied. De gebieden zijn zoveel mogelijk gerenatureerd.

De Kendlmühlfilze is ontstaan uit de aanslibbingszone van de voorheen veel grotere Chiemsee. Het is het grootste aaneengesloten hoogveen van Beieren. Het veen werd vroeger gebruikt als strooisel en verwarmingsmateriaal. Gelukkig is het gebied nu een prachtig natuurgebied.

Het is hier gewoon geweldig mooi!