Kapellenruine Arzlohe

Het enige dat overblijft van het laatgotische gebouw met één schip zijn de omringende muren tot vijf meter hoog, het portaal en een spitsboogvenster. De eerste gedocumenteerde vermelding dateert uit 1508, in verband met een misdaad die hier is gepleegd. Verdere aantekeningen uit het bisdom Eichstätt dateren uit 1408.

Vanwege de naam ‘Heilige Boom’ wordt aangenomen dat deze plaats al een voorchristelijke gebedsplaats was. Deze veronderstelling is niet bewezen, maar wel denkbaar, aangezien deze plek in de overgang ligt tussen de hoge berg “Akropolis van de Kelten” en de Houbirg.

Het oudste (indirecte) bewijs van dit kerkje is een aantekening over een kerkbezoek door het bisdom Eichstätt in 1480. Daar heet een filiaalkerk “im Paum”. Volgens W. Schwemmer zou de naam "Zum heiligen Baum", genoemd in een document uit 1520, een voorchristelijke plaats van aanbidding moeten aanduiden. Andere lokale onderzoekers vermoeden dat het laatgotische gebouw met één schip werd gebouwd als een pestkapel (meerdere pestgolven in de 14e eeuw). In 1504 staat er "Zum Paum, a capeln, betekent zu Sant leonhart".

In 1508 wordt de kapel - toen al in puin - genoemd in verband met een moord. In 1733 werd de kapel opnieuw genoemd in de "Delicae Norimbergensis". Volgens de archieven van pastoor Otnets, die van 1637 tot 1659 in Pommelsbrunn werkte, was er een document (jaar niet bekend) volgens welke diensten op zes verschillende dagen werden gehouden voordat de kapel werd verwoest; dan waarschijnlijk alleen aan Jacobi. Vandaag is er weer een dienst op Tweede Pinksterdag, op de kermis en met Kerst in het bos (21 december - Sint-Thomasdag).

Absoluut de moeite waard, de ruïne van de Arzloher-kapel "Naar de heilige boom". In de ruïne worden meermaals diensten gehouden, oa op 2e Pinksterdag, op de kermis, op 4 Advent en met Kerst in het bos op Thomasdag, begeleid door het trombonekoor. Het oudste (indirecte) bewijs is een aantekening over een kerkbezoek door het bisdom Eichstätt in 1480.