Bericht aan de poorten van Hobbach

Houtsnijwerk op het fietspad. Een bankje in de schaduw nodigt uit tot verpozen

Aan de poorten van Hobbach is een indrukwekkende boodschap (vermoedelijk alleen te interpreteren door bijbelkenners) opgesteld. Uit een dikke stam is een figuur met opgeheven handen gesneden. Onder de figuur een opschrift: "Ik ben de opstanding en het leven". Dit citaat uit Johannes 11:25 geeft duidelijk Jezus aan. Jezus hangt niet aan het kruis, maar heft zijn handen op in een overwinningshouding.
Niet ver weg op de vloer is nog een gebeeldhouwde figuur - een afgehakte drakenkop. Zijn tong hangt naar buiten met zijn mond wijd open.
In Genesis 3:15 vinden we het eerste profetische woord dat verwijst naar Jezus de Verlosser. Op dit punt spreekt God zijn vloek uit over de slang (zie Openbaring 12:9, hier wordt naar de duivel verwezen als "de draak - de oude slang"). Hij belooft dat een held de slang (=draak/duivel) zal bevechten. De slang zal hem een wond toebrengen (= steek in de hiel) maar de held zal de kop van de slang verpletteren (= hem een dodelijke slag toebrengen).
Ik had graag willen weten of de auteur van deze houten sculptuur aan deze bijbelpassages dacht toen hij zijn werk maakte, of dat de compositie gewoon "per ongeluk is ontstaan".