Seafield Tower

De gronden hier bij Seafield (evenals de gronden bij Markinch) werden in 1443 door koning James II aan Robert Moultrie toegekend en de toren was tot 1631 in zijn familiebezit. Vervolgens werd hij verkocht aan de aartsbisschop van Glasgow, James Law, voordat via een aantal onbekende eigenaren. De laatste eigenaren waren de familie Methven, wier heer naar verluidt Seafield in 1715 had verlaten om zich bij de opkomende Jacobieten aan te sluiten en nooit meer terug te keren, wat ertoe leidde dat de toren in 1733 werd verlaten.
Seafield Tower, ook wel bekend als de duivelstoren, is vijf verdiepingen hoog en is gebouwd met behulp van de lokale rode zandstenen. Het zou een gewelfde opslagruimte op de begane grond hebben gehad en een grote hal op de eerste verdieping, en de bovenste verdieping zou voor de huisvesting van de Heer zijn geweest. De toren wordt beschermd door barnskin of vliesgevel. Helaas is alles verloren gegaan als gevolg van de kusterosie: de belangrijke noordwestelijke hoek stortte in tijdens de storm in 2013.
Op de plattegrond van de toren uit 1744 zijn ten westen van de toren bijgebouwen te zien die de bewoners de nodige ondersteuning boden, waaronder een bakkerij, brouwerij en stallen.